Je kent ze wel, de grote en kleine klosjes garen in alle kleuren van de regenboog. Een gat in je kleding dichtnaaien met naald en draad, of nieuwe kleding naaien met je naaimachine. Hiervoor heb je garen nodig. Garen zijn de draden waarmee je kleding en ander textiel vastnaait of versiert, en ze zijn er in vele soorten, kleuren en maten. In deze blog lees je wat garens zijn en hoe ze worden gemaakt. Van grondstof tot draad.

Wat zijn garen
Garen is een draad die wordt gemaakt door het spinnen van vezels. Vezelgaren spinnen is het ineendraaien van losse vezels tot draad, ook wel twijnen genoemd. Garen kunnen worden gemaakt van natuurlijke vezels zijn zoals katoen en wol, of van kunstmatige vezels zoals polyester. Natuurlijke draden kunnen ook worden gemixt met kunststof draden. De dikte van een garen wordt aangegeven met een garennummer. Hoe hoger het nummer, hoe fijner het draad.
Vroeger kocht je garen op fraaie houten klosjes en was het garen altijd gemaakt van katoen. Tegenwoordig wordt er voornamelijk gewerkt met allesnaaigaren gemaakt van polyester. Het is sterk, glad (raakt niet gauw in de knoop), krimpt niet en is makkelijk te verven dus in alle kleuren verkrijgbaar.
De verschillende soorten garen
Er zijn een heleboel verschillende soorten garen. Naai- en borduurgaren zijn er in diverse types, diktes en materialen. Het verschilt per stof en project welk garen je het beste kunt gebruikt.

De meest gebruikte garensoorten zijn:
- Lockgaren - Deze grote klossen zijn speciaal bedoelt voor het gebruik van lockmachines. Een sterk garen voor snelle en mooie afwerking.
- Polyester garen - de meest allround garen.
- Nylondraad - een transparante draad om vrijwel onzichtbare steken te maken.
- Katoenen garen - katoengaren krimpt mee met de stof en kan mee geverfd worden zodat stof en garen exacte dezelfde kleur hebben.
- Zijden garen - zijde garen worden gebruikt voor het verwerken van fijne stoffen of siergaren. Dit is vrij kostbaar garen.
- Borduurgaren - voor het versieren van je textiel.
- Siergaren - dit garen is dikker dan normaal garen, het wordt gebruikt voor het doorstikken van naden en sierstiksels.
- Rijggaren - deze garen zijn niet voor naaien maar voor rijgen (een tijdelijke hulpdraad), het is zwak en makkelijk af te breken.
- Quiltgaren - heeft een waslaag speciaal voor het quilten i.v.m. de kleine quiltsteken.
- IJzergaren - een zeer sterk garen gemaakt van 100% linnen, voor bijvoorbeeld het met de hand aannaaien van knopen.
- Brei- en haakgaren - een luchtig en dikkere draad speciaal voor het haken en breien, meestal gemaakt van wol, katoen of acryl.
Vezels en filamenten
Voor het maken van garens zijn vezels nodig. Een vezel heeft het uiterlijk van een dunne haar van enkele cm, maar er zijn ook vezels die honderden meters of nog langer zijn. Die lange vezels noem je filamenten. Voor het gemakt wordt er eigenlijk altijd over vezels gesproken, en niet over filamenten.

Natuurlijke kleuren borduurgaren
Natuurlijke grondstoffen voor garen
Natuurlijke grondstoffen voor garen zijn afkomstig van dieren of planten in de vorm van haren, pluisjes, bast of stengels. Dierlijke grondstoffen zijn wol, haren en zijde. Plantaardige grondstof is cellulose uit bomen, struiken en gras. Cellulose is een hoofdbestanddeel van de celwanden van planten, en de reden waarom de garen zo zacht aanvoelen. Deze vezels zijn allemaal in de natuur ontstaan en zodoende volledig biologisch afbreekbaar.
Natuurlijke grondstoffen zijn:
1) Dierlijke vezels: wol, diverse haarsoorten en zijde.
2) Zaadvezel: katoen.
3) Bast- of stengelvezels: vlas (linnen), jute, hennep en ramie.
4) Vruchtvezels: kapok en kokosvezel.

Synthetische grondstoffen voor garen
De synthetische oftewel kunstmatige garen worden door de mens gemaakt. Halfsynthetische garen hebben als grondstof cellulose (uit plant) en synthetische stoffen hebben een grondstoffen die in een laboratorium is gemaakt, kunststof dus, plastic. Beide garen worden kunstmatig gesponnen met behulp van een spindop. Dit is een soort douchekop met kleine gaatjes waar de oplossing (de bewerkte grondstof) doorheen wordt geperst, tot lange draden. Deze lange draden noem je filamenten. Hoe dat proces precies in zijn werk gaat lees je in deze uitgebreide blog over (half)synthetische stoffen.
Grondstoffen voor kunstmatig gemaakte garen zijn:
1) Halfsynthetische garen zijn op basis van cellulose, dit zijn bijvoorbeeld viscose, modal, cupro en lyocell.
2) Synthetische garen zijn op basis van aardolie. Deze basis wordt gebruikt voor bijvoorbeeld acetaat, polyester, polyacryl, polyamide en elastaan.


Het spinnen van wol
Dierlijke vezels: wol, diverse haarsoorten en zijde
De belangrijkste bouwstof van dierlijke vezels is eiwit. Daardoor hebben wol, haar en zijde veel dezelfde eigenschappen. Dit zijn echter geen vegan garen, dus deze zult je niet tegenkomen bij New Angels.
Het haar van een schaap noem je wol. De wolvezel is altijd gekruld (natuurlijke kroezing). De beste scheerwol komt van het merino-schaap. Wol wordt meestal gebruikt voor haken en breien. De haren van het angorakonijn of de alpaca lijken een beetje op schapenwol, maar dan zonder de wolvet (lanoline).
Zijde komt van de zijdevlinder. De zijderups wordt gekweekt omdat de larve een cocon spint van een draad: de zijdedraad. De draad is zeer stevig en heeft een mooie glans. De diervriendelijke versie van zijde is Peace Silk, oftewel de "geweldloze" zijdeteelt. In dit geval overleeft de zijderups het proces.
Zaadvezel: katoen
Katoen is de meest bekende natuurlijke plantaardige vezel. Katoen is de zaadpluis van de katoenplant die ontstaat na de bloei, het ziet er uit als een bolletje zachte watten. Van katoen worden zeer veel, sterk uiteenlopende stoffen gemaakt. Hoe fijner en langer de katoenvezels zijn, hoe meer glans en hoe hoger de prijs.
Het geven van een glans aan katoengaren heet merceriseren, deze glans blijft ook na het wassen. Gemerceriseerde garen is sterker en neemt minder snel vuil op. Het is een kostbare bewerking, die alleen wordt uitgevoerd op hoogwaardige katoenen garens.

Bast- of stengelvezels: vlas (linnen), jute, hennep en ramie
Linnen, ramie, jute en hennep zijn stoffen die gemaakt worden van de bast, schors of stengel van een plant. Een 100% plantaardige grondstof. In deze stoffen zitten altijd verdikkingen, het is nooit een helemaal glad geweven stof. Door deze onregelmatigheden ziet de stof er naar mijn idee juist erg natuurlijk uit.
De vlas- of linnenplant levert een stengelvezel. Linnen is duurder, glanst meer en is grover en onregelmatiger dan katoen. Linnen heeft vrijwel dezelfde eigenschappen als katoen, maar linnen is iets sterker, stugger en kreukt sneller.
Jute is een lange, zachte, glanzende, plantaardige bastvezel die tot ruwe, sterke draden kan worden gesponnen. Jute is een van de goedkoopste natuurlijke vezels, en na katoen de meest gebruikte

Vruchtvezels: kapok en kokosvezel
Kapok is afkomstig van de kapokboom. Uit de rijpe vruchten van de kapokboom vormt er een pluk zachte vezels. Kapok is de meest milieuvriendelijke vezel omdat het geen menselijke voetafdruk achterlaat. Deze vezel wordt vaak gebruikt als vulling voor kussens. Het nadeel van kapok is dat er geen 100 % kapok garen bestaat, de vezel is daarvoor niet geschikt. Vandaar dat de kapokvezels worden gemengd met andere materialen zoals (bio)katoen.
De kokosvezel is een cellulosevezel van de stugge haren van de kokosnoot. De kokosdraden (filamenten) zijn veel dikker dan katoen en vlas, en toch bestaat er kleding gemaakt van kokosnoten en kokosafval. Nanollose is een bedrijf dat ecofriendly & Tree-Free garen maakt van kokosafval.
Halfsynthetische garen: op basis van cellulose (uit planten)
Halfsynthetische garen zijn vezels die uit planten komen (houtpulp), maar die langs een kunstmatige (synthetische) weg tot garen worden gesponnen, vandaar de naam HALF synthetisch. Deze semisynthetisch garen hebben een natuurlijk grondstof als basis, de cellulose. De garen zijn vaak glad en glanzend, vandaar dat ze ook wel kunstzijde worden genoemd.
Een paar voorbeelden van half synthetische garen zijn: Viscose (rayon) is vergelijkbaar met katoen, echter is het niet zo sterk, zeker niet zodra het nat wordt. Modal is een verdere ontwikkeling dan viscose, en is iets sterker. Cupro is gemaakt van de katoenplant met een toevoeging van een koperverbinding (cuprammonium zout) en is vooral bekend als een alternatief voor zijde. Lyocell voelt zacht en is zo sterk als polyester. Lyocell is de milieuvriendelijke versie van viscose, dit komt door het productieproces (zowel het gebruikte water als de benodigde chemicaliën worden opgevangen en hergbruikt).

Synthetische garen: op basis van aardolie
De grote voordelen van synthetische garen zijn dat de producent niet afhankelijk is van het seizoen, oogsten, scheren of kwaliteitsverschillen, en over het algemeen zijn synthetische vezels sterker dan natuurlijke vezels, het is goedkoper, in elke kleur te verven en relatief licht in gewicht. Het grote nadeel is echter dat het absoluut niet milieuvriendelijk is, het heeft dezelfde basis als plastic: aardolie en aardgas.
Zowel polyester als polyamide (nylon) zijn sterke vormvaste garens die niet snel slijten en verkleuren. Elastaan, ook wel spandex genoemd, is bekend om de grote elastische rekbaarheid. Elastaan heeft onder spanning een elastische rek van 600% en keert vanzelf terug naar de originele vorm.
Grondstoffen recyclen voor nieuwe garen
Van oude waterflessen kun je nieuwe polyester garen maken. Van PET flessen naar RPET garen. Door afval te gebruiken als grondstof, bespaar je dus dat nieuwe grondstoffen uit de aarde moeten worden gehaald (aardolie in dit geval), je hebt het immers al. Bovendien is het een prettig idee dat afval kan worden hergebruikt, en zodoende de afvalberg kleiner wordt. Recyclen is een milieuvriendelijke oplossing die gelukkig steeds vaker wordt toegepast.
Grondstoffen mengen
Je kunt ook garen maken uit verschillende grondstoffen, het mengen zorgt voor meer voordeel. Zo wordt het garen bijvoorbeeld goedkoper, soepeler, sterker of elastischer. Een synthetische draad kun je een meer natuurlijke uitstraling geven als het wordt gemengd met bijvoorbeeld linnen. Een menging van garen wordt ook wel blending genoemd. Een sterke draad is onmisbaar, want niets is zo irritant als een draad die breek en een naad die loslaat nadat je net uren hebt gewerkt aan je nieuwe kledingstuk. Je wilt echt kwaliteit garens gebruiken voor een lange levensduur van je kleding.
De beste garen
Er zijn net zoveel soorten garen als dat er stofsoorten zin. De meest gebruikte haak-en brei garen zijn katoen en wol, en het meest gebruikte naaigaren is polyestergaren, dit is een echte allesnaaigaren. De duurzame vormen zijn gerecyclede en-of biologische katoen en wol, en polyestergaren.
Het is belangrijk om voldoende aandacht te schenken aan je garen. Er zijn veel goedkope varianten, maar deze zijn vaak niet van de kwaliteit die je zou willen gebruiken. Gütermann naaigaren is kwalitatief het beste naaigaren en is in veel verschillende samenstellingen verkrijgbaar. Dit Duitse merk produceert garen met het OEKO-TEX® Standard 100 keurmerk.

Een sweater sample, met onze naam erop geborduurd
Een heel verhaal over garen en draad, ik hoop dat je er niet van in de knoop bent geraakt ;) Het is waarschijnlijk overbodig om te zeggen, maar voor New Angels gebruiken we kwaliteit garens met het keurmerk OEKO-TEX® Standard 100. Alles wat wij gebruiken is ECO, FAIR & VEGAN tot in de details. Maak jij wel eens kleding? Heb je een voorkeur voor bepaalde garen?
Veel liefs,
Ingrid
Reactie plaatsen
Reacties